We beschermen arme landen het best tegen natuurrampen door hen te helpen welvarend te worden
Ralf Bodelier, Nederlands Dagblad 22 februari 2023
Twee jaar geleden maakte ik een lange wandeling van Jeruzalem terug naar de Lage Landen. Mijn tocht voerde dwars door het rampgebied van vandaag. Ik liep, at en overnachtte in de steden en dorpen die nu in puin liggen: Antakya, Iskenderun, Mersin, Osmanye. Mijn hart bloedt wanneer ik op foto’s zoek naar herkenningspunten in plaatsen waar ik zo hartelijk werd ontvangen en waar nu zo weinig meer van over is. En de vraag die sindsdien door mijn hoofd speelt, is of we niet veel meer kunnen doen om de ellendige gevolgen van dit soort natuurgeweld fors terug te dringen.
Een aardbeving met een dodental zoals dat in Turkije en Syrië, zagen we allang niet meer. De laatste aardbeving die zo dodelijk was, voltrok zich in 2010 op het straatarme Haïti. Daarbij kwamen 220 duizend mensen om het leven. En we weten dat de volgende aardbeving alweer in de maak is. Wellicht zal de aarde opnieuw dansen in Turkije, anders wel in Iran, op de Filippijnen of aan de westkust van de Verenigde Staten.
Onze grootste vijand
Altijd al was de natuur de grootste vijand van de mens en dat zal ze ook blijven. Dat geldt niet alleen voor natuurgeweld waar de mens geen invloed op heeft, waaronder aardbevingen, tsunami’s en vulkaanuitbarstingen. Het geldt ook voor rampen die wij, mensen, nog verhevigen door het klimaat op te laten warmen, waaronder overstromingen, stormen, hittegolven en droogtes.
Natuurgeweld zal nooit verdwijnen. Maar is het wel mogelijk om de dramatische gevolgen ervan fors terug te dringen? Is het denkbaar dat er veel minder slachtoffers vallen wanneer de aarde opnieuw scheurt of orkanen weer over de kusten jagen? Het antwoord is ja. En dat weten we door terug te kijken in de recente geschiedenis.
Nooit zo weinig doden door natuurrampen
Zo waren natuurrampen een eeuw geleden heel wat dodelijker dan vandaag. Welk soort ramp je ook neemt, van aardbevingen tot orkanen, honderd jaar geleden ging er een veel hoger percentage van de wereldbevolking aan dood. In de jaren ’20 van de vorige eeuw, stierf jaarlijks ongeveer een half miljoen mensen aan natuurgeweld. In 2020 waren het er minder dan tienduizend. En dat gebeurde terwijl de wereldbevolking steeg met zes miljard mensen. Wanneer je dat verrekent, daalde de dodelijkheid van natuurrampen met 99 procent.
Vanzelfsprekend is er geen rechte lijn omlaag. Het terugdringen van aantallen en percentages slachtoffers gaat met vallen en opstaan. Toch weten we ons steeds beter tegen de natuur te beschermen, inclusief het veranderende klimaat. Denk daarbij aan dijken en dammen, irrigatie en drainage, sterkere en meer flexibele gebouwen, krachtiger landbouwgewassen, betere vluchtroutes, early warning systems en snellere eerste hulp. Denk ook aan een alsmaar beter wordend openbaar bestuur, dat de inzet, de kennis en de middelen heeft om bouwvoorschriften te formuleren en te handhaven.
Arm versus rijk
Al deze beschermingsmiddelen zijn ruim voorhanden in het rijke deel van de wereld. Ze ontbreken in het armste deel. En dat is een enorm probleem. Meer dan 95 procent van alle sterfgevallen als gevolg van natuurrampen, vindt inmiddels plaats in ontwikkelingslanden. De verwoestende aardbeving op Haïti in 2010 had een kracht van 7,0 op de schaal van Richter. Een jaar later echter, in 2011, was er een aardbeving met een kracht van 9.1 nabij de Japanse stad Sendai. Deze werd bovendien gevolgd door een tsunami. Het was de zwaarste aardbeving die Japan ooit trof en een van de zwaarste die wereldwijd ooit werd gemeten. De tsunami die volgde, joeg golven van wel 20 meter hoog het land op.
In het rampgebied bij Sendai woont een vergelijkbaar aantal mensen als op Haïti. Toch stierven hier geen 220 duizend mensen maar 20 duizend, waarvan 18 duizend mensen verdronken. Dit verschil tussen de gevolgen van de aardbeving op Haïti en in Japan, is het verschil tussen arm en rijk. Niet de kracht van een aardbeving, een overstroming of een orkaan maakt het verschil tussen veel of minder slachtoffers, dat is onze economische en technologische ontwikkeling.
Wapenen tegen wispelturige natuur
Natuurgeweld zal er altijd zijn. Willen we in de toekomst voorkomen dat opnieuw grote aantallen doden en gewonden vallen, dan zullen we in moeten zetten op forse economische en technologische groei. Zeker in de armste landen. Groei, technologie en een verantwoordelijke overheid zijn onmisbaar om ons verder te wapenen tegen de wispelturigheid van de natuur. Wanneer de aardbeving in Turkije en Syrië ons iets leert, dan is het wel dat vooruitgang niet bij de problemen hoort maar bij de oplossingen.
Dr. Ralf Bodelier is filosoof. In kloosters organiseert hij abdijsessies over hoop en vooruitgang. Vorig jaar verscheen zijn boek ‘Lang Leve de Mens. Redden we het ook met 10 miljard?’