De ‘Omgekeerde Kruistocht’ van Ralf Bodelier is volbracht. Meer dan 4000 kilometer liep hij van Jeruzalem naar Bouillon, de omgekeerde route van kruisvaarder Godfried van Bouillon. Niet één keer werd Bodelier belogen, bestolen, beroofd of erger.
Ralf Bodelier, Navenant, Maart 2022
Diep verborgen in het kasteel van Bouillon staat hij dan. Een levensgrote pop van kruisvaarder Godfried (1060-1100). Hij bevindt zich in het gezelschap van zijn ouders, zijn broer Boudewijn en de eerste leider van een kruistocht, de kluizenaar Peter van Amiens. Het is een vredig tafereel en het staat veilig opgesteld achter glas in de enorme ridderzaal van de oude burcht. Godfried leunt devoot op een knie, op zijn shirt staat een levensgroot kruis en tussen zijn benen een fors zwaard. Het is het moment dat hij afscheid neemt van zijn ouders die hij nooit meer terug zal zien.
Ik weet het. ’t Is niet meer dan een pop die waarschijnlijk niet eens op Godfried lijkt, al was het maar omdat er geen waarheidsgetrouwe afbeeldingen van de man bestaan. Maar toch staar ik lang naar het tafereel. Twee jaar geleden hing ik mijn rugzak om bij zijn graf in de Heilig Grafkerk in Jeruzalem. In 316 dagen, 4073 kilometer en vier keer onderbroken door corona, liep ik in Godfrieds voetspoor terug naar deze plek. Naar het Ardennenstadje Bouillon, waar ik gisteren arriveerde.
Het was een vreedzame tocht. Door de glooiende heuvels van Israël, over de Palestijnse Westbank, door het verscheurde Cyprus en de vluchtelingenkampen in Libanon. Dwars door Turkije, de Balkan, Oostenrijk en Duitsland. Niemand haalde het in zijn hoofd me te bestelen, te beroven of erger. Ik wandelde door tien landen en werd, zonder uitzondering, met open armen ontvangen. Waar is zij gebleven, de bloeddorst van eeuwen? De kwaadaardigheid, de lust tot moorden?
In de 11e eeuw was dat nog wel anders. Onder de uitroep ‘Deus Vult’, ‘God wil het’, trokken tienduizenden vrome christenen naar het Heilige Land om het Heilig Graf van Christus te bevrijden van de Moslims. Peter van Amiens, die hier nog braaf bij Godfried en zijn ouders staat, was al een half jaar eerder vertrokken.
Peter’s eerste doel was het uitmoorden van alle joodse gemeenschappen die hij onderweg tegenkwam. De joden, aldus het Evangelie, hadden immers Christus gekruisigd. Godfried zou zelfs een eed hebben gezworen om zoveel mogelijk joods bloed te vergieten. ‘Om elk spoor van degenen die de naam ‘jood’ dragen volledig uit te roeien’. Waar de kruisvaarders ook arriveerden, in Speyer, Worms of Mainz, overal lieten ze honderden joodse lijken achter.
Voorbij Constantinopel, het huidige Istanboel, stoten ze voor het eerst op weerstand. Moslimlegers vallen aan en slachten tienduizenden kruisvaarders af. Uiteindelijk lukt het Godfried toch om Jeruzalem in te nemen. Zodra ze de stad in handen hebben, begint een van de grootste bloedbaden uit de Middeleeuwen.
De kruisvaarders brengen iedere inwoner van Jeruzalem om, van baby tot grijsaard. Over de smalle trappetjes van de oude stad Jeruzalem gutst het bloed. En terwijl in de hete zomerzon de lijken beginnen te stinken, reppen de kruisvaarders zich in hun bebloede tunieken naar de Heilig Grafkerk, dragen missen op, prijzen God en zingen zijn lof.
Naar schatting eisten de kruistochten rond de 1,7 miljoen doden. Op een wereldbevolking van 350 miljoen mensen, stierven 500 mensen op de 100.000.
Vorig jaar, in 2021 stierven door oorlog en geweld rond de 80 duizend mensen. Verrekend met een wereldbevolking van 7,9 miljard, stierven 1 op de 100.000 mensen.
En er was niemand meer die riep ‘Deus Vult’. Inderdaad. God wil het niet meer. En zoiets noemen we nu vooruitgang.
In september organiseert Ralf Bodelier samen met Elleke Schoenmakers een kleinschalige inspiratiereis naar Jeruzalem en Ramallah. Interesse? Kijk op inspiratiereizen.nu