‘Ik hou van fossiele brandstoffen’

Date: 31 augustus 2017

Als een hedendaagse Socrates verdedigt Alex Epstein het gebruik van fossiele brandstoffen. Ralf Bodelier is gecharmeerd van Epstein’s morele argumenten. Bericht uit Malawi, een land zonder kolen, olie of gas en waar álle elektriciteit duurzaam wordt opgewekt [Dikke Blauwe, 31 augustus 2017]
Wanneer Amerikaanse klimaatactivisten weer eens demonstreren tegen het gebruik van fossiele brandstoffen, dan loopt Alex Epstein letterlijk tegen de stroom in. Hij draagt een T-Shirt en spandoek met de opdruk ‘I Love Fossil Fuels’ en wacht tot de demonstranten hem verontwaardigd aanspreken. Hoe kan iemand in godsnaam zeggen dat hij van fossiele brandstoffen houdt? Kolen, olie en gas zijn toch de vijanden van de mensheid, veroorzakers van de klimaatverandering?

Moreel denken
Epstein (37, afgestudeerd als filosoof) denkt daar dus anders over. In gesprek met de demonstranten, maar ook in talloze lezingen en videoboodschappen, in debatten met vooraanstaande klimaatactivisten en tijdens hoorzittingen in het Amerikaanse congres, legt hij uit dat kolen, olie en gas onze planeet niet bedreigen.
Integendeel, ze helpen de mensheid juist vooruit. Terwijl steeds meer Amerikanen en Europeanen het gebruik van fossiele brandstoffen zien als ‘immoreel’ en pleiten voor een verbod op het gebruik van kolen, olie en gas, stelt Epstein dat we om moréle redenen méér fossiel moeten gebruiken.
Kolen, olie en gas voorzien ons van goedkope, betrouwbare en ruim beschikbare energie. Sinds de industriële revolutie hielpen zij niet alleen de mensheid gezonder, rijker en ouder te worden, ook het milieu helpen ze vooruit. Sinds we onze energie uit de grond halen en geen bomen meer hoeven op te stoken, is het rijke deel van de wereld weer fors aan het vergroenen.
Juist nu het Westen dankzij het gebruik van fossiel een ongeëvenaarde rijkdom, gezondheid en levensverwachting heeft bereikt, ijveren klimaatactivisten voor het einde van fossiel. Daarmee onthouden ze het armste deel van de wereld de mogelijkheid om hetzelfde welvaartsniveau te bereiken. Het is een verhaal dat Epstein in 2014 opschreef in een inmiddels veel verkocht boek The moral case for fossil fuels. 

Industriële revolutie
In zijn artikelen en speeches maakt Epstein soms een uitstapje naar het jaar 1750, toen er van fossiele brandstoffen nog geen sprake was. Maar in die tijd was er ook nog geen sprake van een wereldwijde levensverwachting van 72 jaar. Die lag in de 18e eeuw op amper 35 jaar. Wereldwijd was onze koopkracht in 1750, uitgedrukt in huidige valuta, niet meer dan 500 dollar per jaar. Vandaag is 500 dollar alleen nog de koopkracht in Malawi, het armste land ter wereld. In Europa ligt de koopkracht gemiddeld rond 36 duizend dollar per jaar.
Wereldwijd waren er in 1750 maar weinig medicijnen, laat staan antibiotica of vaccins tegen pokken, mazelen of polio. Bossen werden massaal omgehakt en opgestookt, wereldwijd hingen mensen dag in dag uit boven rokerige kookpotten om vervolgens te sterven aan vaak dodelijke luchtweginfecties. Wereldwijd stierven in 1750 tot 500 op de duizend kinderen voor hun vijfde jaar, vandaag zijn dat er 40 op de duizend. De industriële revolutie, eerst aangejaagd door kolen en vervolgens door olie en gas, maakte daaraan een einde. Fossiele energie is niet onze vijand. Kolen, olie en gas zijn onze grootste vrienden.

Klimaatverandering
Dat we in het grootste deel van de wereld welvarender en gezonder zijn dan ooit, danken we volgens Epstein dus aan kolen, olie en gas. En omdat er nog voor vele duizenden jaren aan fossiele brandstoffen in de grond ligt, moeten we volgens hem doorgaan met het verstoken van fossiel.
Zon en wind, de gedoodverfde opvolgers van kolen, olie en gas, zijn volgens Epstein geen fatsoenlijke vervangers. Niet alleen werken zonnepanelen en windmolens niet wanneer de zon niet schijnt en de wind niet waait. Ook staat de opslag van zonne- en windenergie nog in haar kinderschoenen. Volgens het Internationaal Energie Agentschap IEA wordt vandaag niet meer dan 0,7 procent van de wereldwijde energie opgewekt uit zon en wind, tegen 80 procent uit fossiel. Het is dan ook nog veel te vroeg om kolen, olie en gas in de grond te laten.
En klimaatverandering? Volgens Epstein is er geen betere remedie tegen een wispelturig klimaat dan stevigere huizen tegen storm, meer irrigatie tegen droogte, meer drainage tegen overstromingen en meer airconditioners tegen hitte. En dat zijn allemaal maatregelen waarvoor we méér en niet mínder fossiele brandstoffen nodig hebben.

Malawi
En ik schrijf dit nu allemaal op in Malawi, dat armste land ter wereld. Voor klimaatactivisten is Malawi het paradijs op aarde, want het land haalt ál zijn elektriciteit uit duurzame bronnen. Dat is waterkracht uit Malawi’s grote rivier, de Shire. Geen brok steenkool, geen liter aardgas wordt in dit land verstookt. De C02-uitstoot per hoofd van de bevolking in Malawi is dan ook maar één-honderdste van die in Nederland.
De prijs voor deze duurzame vorm van energie is echter hoog: 92 procent van alle Malawianen heeft geen toegang tot stroom. In Malawi gaat het kappen van bomen in rap tempo door, ook natuurreservaten worden inmiddels ontbost. Omdat 92 procent van de mensen gedwongen is te koken op hout of houtskool, sterven jaarlijks duizenden mensen aan luchtweginfecties. En de gelukkige 8 procent Malawianen die wel over stroom beschikt, betaalt daar drie keer zoveel voor dan de gemiddelde Nederlander. Wanneer er tenminste geen blackout is.
In de wijk waar ik woon, is ook vandaag is weer geen elektriciteit, zoals er gisteren ook al geen was en er morgens ook geen zal zijn. De turbines in de Shiri werken immers niet in de droge tijd, wanneer er domweg te weinig water is om hen aan te drijven. Bovendien werken ze niet in de regentijd, wanneer ze verstopt raken met aanspoelende takken, planten en modder. Geen enkel serieus bedrijf piekert er dan ook over om zich in Malawi te vestigen. Een industriële revolutie, laat staan forse economische groei, is daarmee lastig voorstelbaar en vooralsnog blijft Malawi gevangen in abjecte armoede.

Op de man
Er wordt veel tegen Epstein ingebracht, al zijn het vooral ad hominem-argumenten waarbij meer op de persoon wordt gespeeld dan op de bal. Zonder ook maar een spoor van bewijs, stellen linkse media als The Guardian en milieuorganisaties als Greenpeace dat Epstein wordt betaald door rijke industriëlen als de Amerikaanse gebroeders Koch. In het ideologisch kader van de klimaatactivisten zijn moreel denken en een pro-fossiel standpunt nu eenmaal onverenigbaar. Een Amerikaanse senator, de democrate Barbara Boxer, legde Epstein in een hoorzitting het zwijgen op met het argument dat hij een filosoof is en geen wetenschapper.  En filosofen zijn nu eenmaal niet bevoegd om iets te zeggen over milieu en klimaat.
Ook ik ben het maar ten dele met Epstein eens. Míjn belangrijkste bezwaar is zijn vorm van redeneren waarin een situatie zoals ‘die nu is’ wordt doorvertaald naar een situatie waarin het ook zo ‘moet zijn’. Kolen, olie en gas hebben de mensheid zonder meer enorm vooruitgeholpen. Dat betekent echter nog niet dat zij dat per definitie ook in de toekomst zullen doen. Hoe het was en hoe het worden moet, ‘zijn’ en ‘behoren te zijn’ vallen niet automatisch samen. Filosofen als Epstein weten dat beter dan wie dan ook. Zo houdt Epstein zich maar amper bezig met kernenergie – en al helemaal niet met nieuwe, veelbelovende vormen van kernenergie, waaronder kernfusie en gesmolten zoutcentrales –  het meest betrouwbare, veilige, krachtige en schoonste alternatief voor zowel fossiele energie als voor energie uit zon en wind.

Dwarsdenken
En toch ben ik gecharmeerd van Epstein. Van deze eenling, die het met koele logica en moréle argumenten, opneemt tegen de geest van de tijd. Epstein dwingt je tot nadenken, juist omdat hij met ethische argumenten komt.
Zelfs al zou hij worden betaald door de gebroeders Koch – wat hij met klem ontkent – dan blijven het toch de argumenten die tellen en niet zijn bron van inkomsten. Je zou het in dat geval zelfs als een compliment aan de Kochs kunnen zien dat ze ons, via Epstein, dwingen onze argumenten rond fossiele en duurzame energie nogmaals onder de loep te nemen.
Het bevalt me, zoals Epstein het als een hedendaagse Socrates opneemt voor de waarheid. Hoe hij in zijn vrolijke groene T-Shirt met I Love Fossil Fuels indruist tegen de zelfgenoegzame massa en met simpele vragen de morele consequenties van het groene activisme ter discussie stelt. We hebben méér Alex Epsteins nodig.

 

One Response

  1. tibi schreef:

    het argument dat kolen, gas en olie goed waren omdat ze zo goedkoop zijn is inmiddels achterhaald. zonnepanelen zijn goedkoper zeker in een land zonder goede infrastructuur. daarom zie je ze nu al steeds meer en zal het zeker de komende jaren enorm toenemen.

    je moet maar eens opletten als je op het journaal vluchtelingen ziet, veel dragen een kleine zonnepaneel bij zich.

Leave a Reply

Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.

single.php