Ralf Bodelier, Navenant, maart 2021
De otter is terug in Limburg. In 1985 werd hij uitgestorven verklaard, vorige jaar vond een natuurfotograaf weer ottersporen aan de oever van de Tungelroyse Beek in Midden-Limburg. En niet alleen de otter kwam terug, in Limburg is ook het aantal bevers sterk gegroeid. Bij Vaals zitten weer geelbuikvuurpadden, in de buurt van Mechelen broedt de grauwe klauwier (een zangvogel) en in de bossen van Vijlen lopen nu wilde katten rond. In een moeras bij Stamprooi werd onlangs een zeearend gespot, de grootste roofvogel van Nederland. En in natuurgebied de Meinweg vlakbij Herkenbosch mogen we de terugkeer van de wolf verwachten.
Dat de otter, de zeearend en al die andere soorten weer opduiken, is geen toeval. Eeuwenlang verdreven en doodden we alles waar we last van hadden of wat op konden eten. Bovendien richtten we ons landschap zo efficiënt in, dat voor wilde dieren nauwelijks plaats meer was. In de jaren ‘70 begonnen we kwetsbare soorten Europa-breed te beschermen. We gingen beseffen dat ons landschap rijker en aantrekkelijker wordt met een diversiteit aan dieren. In Limburg zijn ook de terugkeer van de jakhals en de lynx niet uitgesloten.
Niet iedereen is enthousiast. Schapenboeren zijn geen fans van wolven en bevers kunnen dijken ondermijnen. Maar het feit dat zoveel soorten het weer goed doen en dat hun populaties groeien, is een bemoedigend contrapunt bij alle alarmberichten over een teruglopende biodiversiteit. Zo voorspelt een invloedrijke club alarmisten, de milieuorganisatie IPBES, dat maar liefst één miljoen van de acht miljoen soorten over enkele decennia is uitgestorven.
Niets is onmogelijk, maar dit soort berichten hoorden we al in de jaren ’70, sinds het ontstaan van de milieubeweging. In 1980 verscheen een alarmistisch rapport ‘Global 2000’ met de boodschap dat in het jaar 2000 twee miljoen soorten verdwenen zouden zijn. Dat gebeurde bij lange na niet. Wat we zeker weten, is dat sinds het jaar 1500 rond de 900 soorten uitgestorven zijn. Dat cijfer komt dan weer van het IUCN, een aan de VN verwante organisatie die daadwerkelijk telt en turft hoeveel soorten worden bedreigd of verdwenen zijn.
Wereldwijd staat de natuur onder druk. Maar hoe rijker en welvarender landen worden, hoe meer ze hun best doen om die natuur weer te herstellen. We richten het landschap opnieuw in, organiseren ecologische verbindingsroutes en zetten verdwenen soorten opnieuw uit. De Limburgse terugkeer van de otter, grauwe klauwier en geelbuikvuurpad bewijst hoe succesvol die aanpak is.
Dr. Ralf Bodelier is filosoof en organiseert met oa Felix Meurders ‘Abdijsessies inspireren met vooruitgang’.