De krottenwijk als broedplaats. Ruim een miljard mensen wonen in slums, over dertig jaar zijn dat er drie miljard. Krottenwijken hebben de reputatie arm en gevaarlijk te zijn, maar het zijn ook laboratoria van solidariteit, ondernemingslust en politiek denken. Dat blijkt in Ndirande, de grootste slum van Malawi. (Ralf Bodelier, de Groene Amsterdammer)
DE KUNSTENAAR Boston Mbale (51) is tenger en kwetsbaar. Hij leeft in een ruimte volgestouwd met boeken over Nederlandse en Franse schilders. Mbale bewondert Vincent van Gogh. En net als Van Gogh in Saint-Rémy zou hij graag met zijn schildersezel de natuur in trekken om de zon vast te leggen wanneer deze door bloesems schijnt.
Maar Mbale’s gezondheid laat het niet toe. Hij lijdt aan astma en verlaat zijn huis maar zelden. Veel van de doeken die hij maakt zijn Afrikaanse versies van oude Europese meesters – van Leonardo da Vinci, van Seurat en natuurlijk van Van Gogh. Wanneer zijn klanten hem opzoeken, trekken ze de oude poort open, passeren bakken water die Mbale neerzet voor de vogels en vinden de vriendelijke schilder tussen ruwe muren van riet en modderblokken. Ooit startte Mbale hier een schilderschool voor de armste kinderen uit zijn wijk. Maar die kinderen hadden nog nooit een kunstwerk gezien, wisten niet wat schilderen was, en namen geen les bij hem. Wie wél kwamen, waren de rijke kinderen uit naburige wijken, waarop Mbale zijn school weer sloot. Boston Mbale leeft strikt vegetarisch. Vleeseters, zo zegt hij, zijn net als roofdieren. Planteneters echter zijn zacht en vriendelijk als koeien en schapen. Het is de plicht van een mens om alles wat leeft te beschermen en niet om het te doden en op te eten.
Ook al praat Boston Mbale zacht en zit hij rustig in zijn stoel, om de paar woorden hapt hij naar adem. Wanneer ik zo naar Mbale kijk, zie ik in hem een kruising tussen de glazen kunstenaar uit Le fabuleux destin d’Amélie Poulain en de heilige Franciscus van Assisi voor wie de vissen dansten.