‘Waarom steeds meer ‘bio, lokaal en slow’? Over de gezondheid van ons voedsel

Date: 24 juni 2013

ekoplaza-300x212Op 9 mei schreef ik op deze plaats ‘Waarom steeds meer ‘bio, lokaal en slow’? Dertien lezers namen de moeite om mijn vraag te beantwoorden. Onze gezondheid blijkt een van de belangrijkste argumenten.
De Stadsakker en Henk de Mink stellen onomwonden dat ons voedsel niet veilig is en Elly Michiels schrijft dat we niet zozeer slow food maar safe food willen. Elizabet van der Kooij en Eric van de Vijver wijzen erop dat het ongebreidelde gebruik van antibiotica in de veehouderij ook slecht is voor mensen en Agnes van Dijk schrijft dat 80 procent het supermarkt-voedsel niet voedt maar vult.

Vanzelfsprekend onderschrijf ik het belang van gezond voedsel, maar is het huidige systeem precies op dit punt niet onovertroffen? Dat vermoed ik niet vanuit het perspectief van een paradijselijke wereld waarin nooit iets mis kan gaan. Dat veronderstel ik vanuit de overweging dat niet eerder, en nergens anders ter wereld, zo secuur naar de productie en gezondheid van ons eten werd en wordt gekeken dan vandaag.Aspartaam
Met Agnes (vulling, geen voeding) ben ik het vooralsnog oneens, al ben ik vooral benieuwd naar de argumenten onder haar stelling. Afgezien van het Hollandse wattenbrood waar Eric terecht op wijst en het obese aanbod van chips, snoep en frisdranken in onze supermarkten, heb ik toch de indruk dat het Nederlandse voedsel ons niet alleen vult, maar ook voedt. En wel met een kwaliteit die nooit eerder in de geschiedenis van de mensheid werd gehaald.

Eric wijst erop dat ons voedsel vandaag vol zit met ‘E-nummers’. Dat klopt. Maar de veronderstelling dat toevoegingen met E-nummers ongezond zijn, begrijp ik niet zo goed. Nét het feit dat het E-nummers zijn, zou ons gerust moeten stellen. Toevoegingen die onder een E-nummer op de verpakkingen staan, zijn immers door en door wetenschappelijk getoetst en vervolgens pas op de Europese markt toegelaten. Naar mijn idee maken ze ons voedsel niet alleen nog lekkerder en gezonder, maar, bijvoorbeeld, ook langer houdbaar wat weer verspilling tegengaat.
aspartaam-300x106Een van de meest gewraakte toevoegingen is Aspartaam, E-nummer 951, waarmee suiker wordt vervangen, onder meer in frisdranken als Pepsi, Sprite en Coca Cola. Op internet lees ik nogal wat berichten dat Aspartaam kankerverwekkend zou zijn. Wetenschappers schrijven echter dat er geen enkele aanwijzing voor is. Ik neig er dan ook toe de voedingsdeskundige Martijn Katan  te geloven wanneer deze schrijft dat er ‘objectief niets mis mee is. Er zijn weinig onderdelen van uw voeding zo grondig onderzocht als aspartaam’. De Consumentenbond, voorzichtig als altijd, lijkt er al net zo over te denken. Misschien kan Eric (of iemand anders) me nog eens uitleggen wat het probleem met die E-nummers is?

Voedselschandalen
Anderen wijzen daarentegen op de voedselschandalen van de afgelopen decennia, variërend van besmetting met de E.coli-bacterie, de Q-koorts, de ontdekking van gekke koeien met BsE (waarschijnlijk veroorzaker van Creutzfeldt-Jakob) de paardenvleesaffaire en de varkenspest. Al deze schandalen zijn ook aan mij niet voorbij gegaan en ik merkte dat zij consumenten direct angst aanjagen. Betere reclame kunnen de verkopers van bio, slow en lokaal zich niet wensen.
In het licht van wereldwijde angst en aandacht die deze affaires oproepen, richten ze echter relatief weinig schade aan, zo blijkt wanneer ik naar de cijfers zoek. Althans in de Westerse wereld. Ik begrijp, bijvoorbeeld, dat een van de meest voorkomende vormen van voedselinfectie besmetting met de E.coli bacterie is. Een E.coli-infectie (diarree, buikkramp) lijdt in Europa tot minder dan 100 doden per jaar. reizigers-diarree-300x216In de Derde Wereld sterft jaarlijks één miljoen mensen aan besmetting met E.coli.
Dat zou erop kunnen wijzen dat voedsel vele malen gevaarlijker is in een wereld waar de intensieve landbouw nog niet is doorgedrongen en waar voedsel nog op een traditionele wijze wordt ver-bouwd en bewerkt. Ik ontdek ook dat uitbraak van de Q-koorts die in Nederland aan 25 mensen het leven kostte, een uniek verschijnsel was. Doorgaans sterven in de Westerse wereld maar amper mensen aan Q-koorts. Dat geldt ook voor de waarschijnlijk door BsE veroorzaakte variant van de ziekte Creutzfeldt-Jakob. Deze kostte in Europa tussen 1980 en 2011 aan 210 mensen het leven. Aan de recente paardenvleesaffaire of aan met varkenspest besmet vlees, is nog niemand overleden en zal waarschijnlijk ook niemand overlijden.

Angst
E.coli-infecties, de Q-koorts, BsE, de paardenvleesaffaire en de varkenspest zijn in de hele Europese Unie op zijn hoogst verantwoordelijk voor 150 doden per jaar. Of, om het anders uit te drukken, niet meer dan 150 maaltijden van de 165 miljard maaltijden die Europeanen jaarlijks verorberen zijn gevaarlijk. Ook wanneer ik deze 150 doden vergelijk met, bijvoorbeeld, het aantal verkeersdoden in Europa – 45.000 per jaar- of het aantal moorden in Europa -24.000 per jaar- zijn dit geen schokkende cijfers. Of zie ik hier iets over het hoofd? Op het moment echter dat een affaire opdoemt, slaat de angst toe. Dan blijkt het vertrouwen van consumenten in hun voedsel bijzonder wankel. Slagers zien hun omzet scherp dalen, overheden voelen zich onder druk van de publieke opinie gedwongen tot grootschalig ruimen van veelal gezonde dieren en luid klinkt de roep om de productie van voedsel nóg beter te beschermen. Uit angst voor de Mexicaanse Griep – het H1n1-influenza virus – werden in Egypte in het voorjaar van 2010 op gruwelijke wijze een kwart miljoen varkens gedood. Toch was er geen enkele aanwijzing dat deze dieren een rol speelden in de verspreiding van deze ziekte die per vergissing ‘varkensgriep’ was gedoopt. De angst voor slecht voedsel is disproportioneel groter dan de daadwerkelijke risico’s die consumenten lopen.

Perceptie en feiten
Ik overweeg dat niet ons voedsel tot ellende lijdt, maar een door de media opgeklopte angst voor ons voedsel. Er gaapt een diepe kloof tussen de perceptie van consumenten over de veiligheid van ons voedsel en de eenduidige feiten rondom voedselveiligheid. Maar ook hier vraag ik me af of ik iets over het hoofd zie?
De marketeers van ‘Bio, slow of lokaal’ lijken van deze angst dankbaar gebruik te maken. Op grond van de koele feiten, zou de onveiligheid of ongezondheid van ons voedsel echter geen reden hoeven te zijn om over te stappen op ‘Bio, slow of lokaal’. In een gewone Nederlandse supermarkt kun je het meest gezonde en meest veilige voedsel kopen dat ooit is geproduceerd.
[Vetzucht, veroorzaakt door snacks, chips, snoep en frisdrank is wat mij betreft van een andere orde. Hier gaat het niet om de vraag of deze producten gezond of ongezond zijn, maar om de hoeveelheid die ervan wordt genuttigd. Een glas cola, een bonbon, een handvol chips op zijn tijd zijn lekker en veroorzaken geen obesitas. Bij vetzucht gaat het minder om de kwaliteit van het voedsel maar om de kwantiteit. Ook wie teveel biologisch verbouwde worst en kaas eet, of lokaal gebrouwen abdijbier drinkt, wordt te dik.]

Antibiotica
Van geheel andere orde is de inzet van antibiotica in onze voedselproductie, waar Eric en Elizabet op wijzen. Ik kan niet anders dan concluderen dat we hier wél te maken hebben met een serieus probleem. Want het gebruik van antibiotica is een van de weinige onderdelen waarop de Nederlandse landbouwsector evident slecht scoort. Nergens in Europa wordt zoveel antibiotica in de dierhouderij gebruikt dan in ons land. En dat is opmerkelijk is omdat ons gebruik van antibiotica in de humane gezondheidszorg veel lager ligt dan waar ook in de Westerse wereld.
antibiotics-300x180Wanneer ik het goed begrijp, dan is probleem niet dat dierlijk antibiotica direct in ons voedsel terecht komt. Wanneer een boer antibiotica gebruikt om zijn veestapel te genezen van, of om hem te beschermen tegen dierziektes, is hij gehouden aan de wet die bepaalt dat hij daarna een wachttijd in acht moet nemen tot de antibiotica volledig uit het vlees, de eieren of de melk verdwenen is. Tot die tijd mag het dier niet naar de slager of mogen de eieren en de melk niet worden gebruikt. In ons vlees, vis of melk zou dan ook vrijwel geen antibiotica te vinden zijn.
Het probleem is indirect. Het hoge gebruik van dierlijke antibiotica maakt sommige bacteriën re-sistent. Wanneer deze bacterie in ons lichaam problemen veroorzaken, zijn ze niet meer met de humane antibiotica te bestrijden. De voordelen die we in Nederland hebben bereikt met het terugdringen van antibiotica in ziekenhuizen of bij de huisarts, worden door dit ‘lek’ in de intensieve veeteelt weer tenietgedaan.
De vraag die ik me nu stel, is nu of dit probleem op afdoende wijze in het systeem van de intensieve landbouw bestreden kan worden, of dat we het buiten dit systeem, in ‘bio, lokaal en slow’ moeten zoeken?

Biologisch
Mijn vermoeden is dat we ook om deze reden de stap richting alternatieven niet hoeven te zetten. Antibiotica-resistentie is inmiddels erkend als probleem dat simpelweg moet en kan worden opgelost. En dat gebeurt dan ook. Dit jaar, 2013, moet het antibioticagebruik in de veehouderij al gehalveerd zijn ten opzichte van 2009.
Sinds afgelopen januari mogen dierenwinkels geen anti-biotica meer verkopen en mogen antibiotica die als laatste redmiddel voor mensen worden gebruikt, ook alleen nog als laatste redmiddel bij zieke dieren worden ingezet. De eerste stappen lijken inmiddels gezet. In 2011 was het antibioticagebruik al 20% lager dan in 2009. Het lijkt erop dat het grootschalig gebruik van antibiotica in de intensieve veehouderij verleden tijd is. Of is dit te optimistisch? Zo ja, waarom zou dat dan zo zijn?
Biologische boeren komt overigens de eer toe om als eerste het gebruik van antibiotica in hun bedrijven te beperken. Terwijl intensieve boeren uit voorzorg niet alleen zieke dieren, maar de hele stal van antibiotica voorzagen, gebruikten biologische boeren antibiotica alleen om daadwerkelijk zieke dieren te helpen. Daarmee was het gebruik van antibiotica op biologische boerderijen altijd al laag. Deze standaard wordt door de minister nu opgenomen in de wet.
Nu lijkt het veel lagere gebruik van antibiotica in de biologische veehouderij nog te betekenen dat het vlees van een bioboerderij ook gezonder is. Omdat een bioboer beduidend minder antibiotica gebruikt, is er ook meer kans op ongewenste bacteriën in het door hem geleverde vlees. Dat schrijven althans de auteurs van de vorig jaar verschenen bundel wetenschappelijke artikelen Organic Meat Production and Processing. Dat is een interessant, maar, hopelijk ook irrelevant punt. Want in het Nederlandse model van intensieve controle op alles wat eetbaar is, wordt ook besmet vlees van bioboeren van de markt gehaald voordat het de consument weet te bereiken.

Over enkele dagen verdiep ik me op deze plaats in een ander heikel punt: Dierenwelzijn. Dan antwoord ik op de reacties van Eric van de Vijver, Kees Ruyter, Elizabet van der Kooij, Frank van der Hoven en Margreet Steendijk. Daarna volgen nog ‘milieu’ en ‘grip op het eigen bestaan’

3 Responses

  1. […] een ander artikel op mijn site [Over de gezondheid van ons voedsel] prijs ik de biologische boeren opnieuw. Nu om het feit dat zij als eersten beseften dat het […]

  2. Bonbon schreef:

    Wat leuk om te lezen dat er mensen zijn die gaan nadenken over wat stop ik eigenlijk in mijn mond? En dan niet alleen vanuit het oogpunt van ‘groen denken’. Live life, taste!

  3. els klomp schreef:

    Een beetje laat misschien, maar ik las een artikel over DDT in de Groene, ik dacht wie is deze man, en waarom gaat hij dan niet helemaal tot het gaatje??
    b.v.b in bovenstaand stuk; ik zou wel eens willen weten hoe al die boeren nu het probleem oplossen als er minder antibiotica gebruikt mag worden.
    Geen antibiotica betekent, dat je vee sterker moet worden, niet op elkaar gepakt, goed voedsel, om kort te gaan… aandacht!! Dus vlees moet duurder, minder eten, en als je het dan eet geniet er dan van!! omdat het iets bijzonder is…
    Snap je wat ik bedoel RALF Niet biologisch vlees is in ieder geval GOED FOUT!!
    Vriendelijke groet!
    PS Het artikel in de groene, gaat het ook allemaal te snel door de bocht.

Leave a Reply to Goed foute biologische landbouw, de reacties gewogen « Ralf Bodelier

Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.

single.php